Gustav Klimt was een Oostenrijkse symbolistische schilder, muralist en tekenaar. Kenmerkend voor zijn werken, waarmee hij het meest bekend werd, is het decoratieve ornamentalisme (waarbij hij vaak ook werkte met bladgoud) en de suggestief-erotische symboliek. Hij maakte vooral naam met zijn vrouwportretten en allegorische werken, maar schilderde ook een groot aantal landschappen.
De enorme poster van Klimt aan het hoofdeind van het bed van Maureen had voornamelijk een practische reden. Het nam bijna twee derde van muur in beslag. Had daarmee zeker haar een hoop schilderwerk bespaard. Alle beetjes helpen in een kraakpand.
Maureen had een stift aan een touwtje hangen naast de poster. Was zorgvuldig alle locaties die in geel waren gedrukt met het werkelijk goud gaan vervangen. Deze stift bevatte een vluchtige vloeistof en moest af en toe met de hand wakker worden geschud.
De laatste delen kon ze in kleermakerzit invullen. Het was een prachtig gezicht haar zo te zien zitten voor die poster. Hoewel de lucht van de stift in combinatie met haar eigen vanille geur mij altijd weeïg maakte. Dat en haar nog maar net uitgemaakte jointje wellicht ook.
“Ben je bijna klaar?”, vraag ik. Terwijl ik naast haar ga liggen. Ze stop de stift terug in de dop en laat hem los. Ik zie hem als een klepel langs mijn gezicht slingeren. “Ik ben er wel even klaar mee”, zegt ze. Maureen haalt uit haar boekenkast een boek te voorschijn. “Klimt, Gottfried Fliedl”, staat er op. Onderaan staat: “Wereld in gedaante van een vrouw”
Maureen leest voor: “Gustav Klimt (1862-1918) staat bekend als schilder van prachtige vrouwen: mythologische godinnen en heldinnen maar ook ontelbare portretten van de Weense nouveau-riche dames. Het werk van Klimt wordt beheerst door het fin-de-siècle gevoel: symbolisme, art nouveau en decadentie. Een gevoel dat tot uitdrukking komt in het schone en kunstzinnige in de wereld, een pure schoonheid die bij niemand minder dan een vrouw bereikt wordt. De wereld openbaarde zich als het ware aan Klimt in de gedaante van een vrouw.”
Ze legt het Boek weg. “Wil je nog vrijen?”, vraagt ze. “Ik vind dat altijd gek als je dat zo vraagt en als jij hebt gerookt”, zeg ik. “Wat bedoel je” Ze legt het boek intussen terug in de boekenkast. “Het haalt het spannende randje er af”, zeg ik. “En jij bent dan altijd net te relaxt – alsof je zo in slaap kan vallen”
“Ik rook niet om in slaap te vallen”, zegt ze. “Ik vind het wel jammer dat je nooit mee wilt roken”. Ik trek mijzelf omhoog en duw mijn hoofd tegen de poster aan. “De rede is heel simpel”, zeg ik. “Ik rook niet – en wil ook niet beginnen”
“Mja”, zegt ze. “Ik begrijp het wel” Maureen is intussen weer bij mij gaan liggen. “Je haar is goud”, zegt ze ineens. “Dat is de wiet”, zeg ik. “Nee – nee heus”. Ze poetst het goud uit mij haar. “Ik wil eigenlijk altijd wel met jou vrijen”, zeg ik. “Ik wil dat alleen niet terwijl jij niet ziet wat ik zie” zeg ik.
“Hoe bedoel je?”, zegt ze. Ik probeer te bedenken wat ik bedoel. “Ik bedoel – als je stoned bent”, zeg ik. “Ik heb geen visioenen – alleen een gedrevenheid. Een soort focus – dat ik mij op een ding kan storten zonder afleiding” Ze kruipt over mij heen, haar lange ontelbare vlechten glijden over mijn gezicht. “Oké”, zeg ik.
Ik bedenk dat ik die gouden stift wil pakken. Pakken en alles wat ze zegt wil onderstrepen. Met dat gevoel dat tot uitdrukking komt in haar wereld, een pure schoonheid die bij niemand minder dan bij haar bereikt kan worden. Mijn wereld zich openbaart als het ware – in de gedaante van haar als vrouw. Ik nu even haar middelpunt ben.
Heel even maar – ik weet dat de werkelijkheid achter ons voor de deur staat.