Er zijn vandaag plannen. Ik hoor daarbij. Maureen werkt in de winkel van het Rijkmuseum. Ik heb dat nog niet verteld. Bij deze. Ze kan niet alleen zo naar binnen lopen maar ook nog iemand mee nemen. Ze zwaait naar de bewaking. Meld mij aan en neemt me via de achter ingang mee naar de begin hal. Dit is zo cool. Ik ben jaloers op mensen die in een museum werken. Ik zou in sommige musea wel willen slapen. “Ik moet jou ook een keer meenemen naar het Teylers”, zeg ik tegen Maureen. “Is goed”, zegt ze. Ze heeft een pasje en kan daarmee elke logische route hacken. Ik heb ook een pasje maar die doet dat niet. Elke keer als er iemand langsloopt ga ik dichter bij Maureen lopen. Met een: “Ik hoor bij haar.” blik in mijn ogen. Iedereen met een pakje zegt haar gedag. Maureen is mijn held. Ze kent dit pand op haar duimpje. In een hal komen we bij een enorme ruimte. Deze is inmiddels voor het publiek gesloten. Maureen overlegt met iemand daar en we mogen naar binnen. In de zaal hangen diverse schilderijen. In het midden van de zaal pakt Maureen haar tas uit. Ze legt een kleedje op de bank en er komen gesmeerde broodjes op te liggen, gesneden fruit en drinken. “Dit is de allermooiste zaal van het Rijksmuseum”, zegt ze. Ik geloof haar.
Ik lees op een bord in de zaal de volgende tekst: Tegenwoordig is Johannes Vermeer (1632-1675) een van de beroemdste Nederlandse schilders uit de 17de eeuw, maar eeuwenlang was hij nauwelijks van betekenis. Het kleine oeuvre dat nu van hem bekend is, werd lange tijd aan anderen toegeschreven. Pas in de jaren 70 van de 19de eeuw werd hij herontdekt. Sindsdien zijn 35 schilderijen als ‘Vermeers’ erkend. “Kom”, zegt Maureen nadat we een beetje rond hebben gekeken. We staan voor een schilderij met een dame die melk inschenkt. Ik heb al de hele dag geen trek maar door dat schilderij krijg ik ineens zo’n trek in brood en melk. “Mooi hè?”, zegt ze “Dit is melkmeisje. Vermeer had in de 17de eeuw geen tubes verf ter beschikking. Tubes kwamen pas in de loop van de 19de eeuw op de markt. Vermeer werkte met pure pigmenten, die vanuit alle windstreken werden geïmporteerd. Hij had een voorliefde voor geel, dat geel in het vest van meisje.” Ik wou dat ik kon zien wat Maureen kon zien maar ik ben hartstikke kleurenblind. Ik ben blij dat ik hier ben met haar. Als het druk was geweest had ik er waarschijnlijk niet eens zo lang voor kunnen staan. Maar nu ik er echt de tijd voor kan nemen lijkt het wel alsof de melk echt uit de kan stroomt.
Vermeer heeft een groupie en hij weet het niet eens. Hij had Maureen vast en zeker willen schilderen. Maureen heeft kunstgeschiedenis gestudeerd. Ze is bij het Rijksmuseum als stagiaire begonnen maar werk inmiddels al een tijdje in de winkel. Haar studie heeft ze onderbroken. We hebben het daarover. Ik vind het jammer en een beetje dom zelfs. Het plan met Gent kwam ertussen en ze was bij hem in het huis getrokken. Gent woonde daar al met Remco. Het is ook de rede dat ze al een tijdje geen contact meer heeft met haar ouders in Medemblik. Maureen praat met zo veel passie over Vermeer dat ik niet snap dat ze gestopt is met haar studie. Ik hang aan haar lippen. Het is maar een van de vele onderwerpen die ze aanhaalt. We hebben wel vaker gesprekken gehad waarin ze ineens begon over iets wat ze mooi vond of iets ging uitleggen
Het volgende heb ik van de wiki maar ik weet dat Maureen mij dit verhaal vertelde voordat we de zaal verlieten “Ken je het verhaal van Mario Roymans?” zei ze.
Mario Roymans had zich bij sluitingstijd laten opsluiten in een elektriciteitskast in een museum in Belgie en probeerde ’s nachts De Liefdesbrief van Vermeer te stelen. Het schilderij zat echter zo goed vast aan de muur dat hij besloot met een aardappelschilmesje het doek los te snijden. Het doek verborg hij eerst bij hem thuis, om het nadien te begraven in een bos. Toen hij die avond op de kermis was en merkte dat het regende, groef hij het doek weer op en nam het weer mee. Roymans werkte in een café-restaurant, waar hij ook sliep. Op zijn kamer verborg hij het doek onder zijn matras in een kussensloop. Via de pers eiste hij, onder de schuilnaam ‘Tijl van Limburg’, 200 miljoen Belgische frank losgeld. Dat geld moest gestort worden ten voordele van de vluchtelingen van de burgeroorlog in Oost-Pakistan (het huidige Bangladesh). Het ging helemaal mis natuurlijk Roymans werd opgepakt en veroordeeld. Na de arrestatie kreeg ‘Tijl’ de publieke opinie aan zijn kant. Er werden petities opgezet voor zijn vrijlating, en er ontstonden spontane acties ten voordele van de vluchtelingen van Oost-Pakistan.
Het duurde even voordat ik wakker was vanochtend en deze dag begon. Ik keek er tegen op. Gelukkig had ik een gat in de dag geslapen. Maureen was er al een tijdje uit. Ze had al boodschappen gedaan en van alles in haar knapzak gestopt. Praten over wat er was gebeurd was geen optie. Ik durfde het niet. Ik wist niet meer wat ik wel en niet mocht doen of zeggen. Tot nu toe zoende wel maar was meer lichamelijk contact niet aan de orde of voorzichtig. Laat duidelijk zijn. Er was niet iets gebeurd dat we niet wilde of niet heel erg fijn vonden. Maar nu is het lastig. Maureen had Paracetamol mee genomen maar mijn kater was er een van een ander kaliber. Er was niets meer dat ik niet kende van haar ik had alles gezien. Maureen is schilderachtig mooi. Toen ik nog wakker lag had ik de dekens voorzichtig opzij gelegd. Ik vond het nog steeds ongelooflijk dat iemand haar zomaar achter had gelaten. Je bent niet goed bij je hoofd als je dat doet. Maureen had al haar vlechten in een grote staart achter haar hoofd gebonden. Ik kwam weer een beetje bij door frisse lucht toen ik achterop zat bij haar en we richting het museum reden.
We hebben een tijdje in de ruimte rondgelopen. Als de schoonmakers zijn gearriveerd lopen we terug naar de uitgang. In het Vondelpark is het eigenlijk te koud om te lang te blijven hangen. Maar we liggen toch nog even op een kleedje. Terwijl ik het laatste fruit opmaak verzamel ik alle moed en ga er toch over beginnen. “Is er iets tussen ons veranderd na vannacht?”, vraag ik. “Dat mag ik wel hopen.” zegt ze. “Hoezo? Gaat het het met je? Wilde je het niet?”, vraag ze. “Nee, ik wil niet dat er iets veranderd maar ik wilde het wel”, zeg ik. Maureen kijkt me aan. “Laten we er gewoon van genieten. Je moet je niet zo druk maken. We hebben toch heerlijk gevreeën?”, zegt ze.
“Ik heb een brief van Gent gekregen, misschien moeten het daar nog even over hebben.” zegt ze. Ik kijk in haar groen ogen. “Ik ben benieuwd”, zeg ik. Maar eigenlijk wil ik het niet weten.