Tears for Fears kwam in 1983 met hun debuutalbum The Hurting. In 1985 verscheen het tweede album Songs from the Big Chair. Van dit album kwamen de succesvolle singles Shout (een nummer 1-hit in onder meer Nederland), Everybody Wants to Rule the World, Head Over Heels en I Believe. De titel van het album was afgeleid van een serie genaamd Sybil, die ging over een vrouw met 16 verschillende persoonlijkheden.
Ze heeft haar bijzonder korte en aangename rokje ingeruild voor een slobber trui en badslippers. Ik ben er enigzins door teleurgesteld. Weet alleen dat ik er niks over mag zeggen. Wist het toen ze de kamer in stormde en een lp opzette. Het moment daar was dat ik blijkbaar alles moest weten. Alles- en geen idee had.
“Denk je dat het broers zijn?”, roept ze en gaat op haar hurken voor de platenspeler hangen. “Wie” vraag ik. “Die jongens van Tears for Fears.”, zegt ze en zwaait, zonder om te draaien, met de binnenhoes langs haar schouder. “Ik denk het niet”, zeg ik vanuit de enorme stoel in de hoek. “Ze hebben een beetje dezelfde lippen.”, zeg ze. Ik knijp met mijn ogen om het beter te bekijken, maar ze heeft m al weer voor haar neus hangen.
“Hebben ze dezelfde achternaam? Het staat vast ergens”, vraag ik. Ik moet oppassen en niet te bijdehand doen. Ze heeft een kutdag achter de rug. Het was het eerste dat ik hoorde toen ze binnenkwam. Ik zo verheugd reageerde op haar rokje. “Wat ben je mooi!”, zei ik. Ze trok haar bovenlip omhoog. “En toch moet dit uit”, riep ze. Dat was natuurlijk ook geen verkeerde gedachte, maar zeker niet wat zij in gedachte had.
Vrouwen en hun 16 persoonlijkheden. Mannen zijn niet zo complex, zij hebben niet zo veel lagen. Dat is maar goed ook. Ik vind het niet erg dat ik mijn Simone af en toe moet wijzen op een paar simpele behoeftes. Gewoon een kus kom halen op de meest vreemde momenten. Zo lang ze er op in gaat is het geen enkele probleem. Ik ben gewoon knuffeliger dan zij, maar ze kan het heel goed. Als ze wil.
De plaat is er al weer afgegooid. Ze heeft het verruild voor een bak takke herrie. “Dit is beter.”, zegt ze. “Mooi zo.”, schreeuw ik nog terug. Want ik ben een boek aan het lezen. Het lukt al een tijdje niet meer. Het stond bij haar in de kast. “Is het wat?”, vraagt ze. “Wat?”, roep ik. “Ik ook van jou?”, zegt ze. Ik snap het even niet. En dan wel, het staat op het boek. Het is van Giphart.
“Ik vind het wel een leuke schrijverij.”, zeg ik. “Het is een roman.”, zegt ze. “Ik bedoelde het niet laag dunkend.”, zeg ik. Ik denk dat het niet meer goed komt. Deze avond bedoel ik. Ik kan al 16 redenen benoemen. Ik had er toch andere verwachtingen van toen ze mij vorige week de sleutel had gegeven. Ik met mijn tas al naar school ging met tandenborstel en ik vanuit daar naar haar huis was vertrokken.
Ik had boodschappen gedaan. Was de keuken in gedoken en had alles klaargezet voor pasta met zalm, maar ik was nog niet begonnen. Was aan een boek begonnen. Pasta moet beetgaar – Al dente, niet plakkerig en uren geleden gekookt. Ik wist hoe laat ze thuis zou komen. Daar in die stoel met die gekke harde veringen. Er stak er een uit die altijd in de gaten moest houden als ik er in ging zitten.
Ze is intussen met haar hoofd vol met vlechten tussen mijn benen gaan liggen. Haar neus en grote groene ogen zijn net zichbaar langs de onderkant van mijn boek. “Zullen we gaan vrijen.”, zegt ze ineens. Ik moet niet al te verheugd reageren, bedenk ik. Maar ik kan het ook niet laten een risico te nemen. “Is dit een strikvraag?”, zeg ik. “Ik wilde nog gaan koken”
Ik ben gestopt met schrijven. Hoe het eindigde weet ik niet. Ik kan het wel raden, maar het staat er niet meer bij. Ik ben nu ook een boek aan het lezen van Giphart. Het gaat voornamelijk over eten. Gevolg is eigenlijk dat ik elke avond voor het slapen gaan gruwelijke honger heb.
Ze was mijn huisje, boompje, beestje poging niet opgevallen. Sterker nog ik kan me niet herinneren dat ik nog pasta heb gekookt. Ze mocht dan wel bij het grootste museum in Amsterdam werken, maar trok zo een Stanlay mes door mijn zwakke kunsten heen. Zij wel.
Goed een suggestie, anders is het zo halfbakken: “Echtniet, geen strikvraag.”, zei ze vast. Kwam deze dag toch nog goed. Met aan het einde zalm op geroosterd oud brood. Wat denk je Giphart?