Kou is een relatief begrip met betrekking tot temperatuur. Als iets een lagere temperatuur in vergelijking met andere temperaturen heeft, is het ten opzichte van de vergeleken temperatuur koud. Kou voel in je huid en in je lichaam. Vrouwen hebben het over het algemeen sneller koud dan mannen. Fysiek zitten ze anders in elkaar dan mannen en zijn gevoeliger voor omstandigheden waar je het koud van krijgt. Mannen kunnen het koud krijgen van vrouwen – als alles wat ze doen vrouwen koud laat.
Ik weet wanneer het koud is. Het is koud als zij een pokken eind heeft gefietst door de kou en het bed in rolt. Ze met haar ijspegels tegen je aan hangt. Haar benen – voeten tegen je aan legt en alles wat een mannelijk lijf definieert zich terugtrekt. Je je rechterhand met duim en wijsvinger een centimeter van elkaar houdt en zegt: “zo koud.” Dat is wanneer het echt koud is.
Bijna net zo koud als ze zegt dat het klaar is. Je haar adem kan zien als ze het zegt. Je bevriest en niet weet wat je moet zeggen. Ze je hart in stukken slaat als een bonk ijs. Het nog maar zo even – nog maar net brandde van verlangen naar haar. Warm als vuur en dan bevriest. Vlam verlamt. Brand verdrukt. Liefde opbrandt in de sneeuw. Dat is wanneer het nog kouder is.
Er is ook een ander soort kou. Een kou als ze je niet eens ziet staan. Je heel erg je best moet doen haar hart te ontdooien. Ze al die praatjes al veel eerder heeft gehoord. Ze uiteindelijk leidde tot niets. Deze voorgangers geloofwaardig genoeg waren, maar faalde. Ze daarna niet meer over een nacht ijs ging. Je alles uit de kast moet trekken. Ze nog veel kouder is – winterhard.
Ik had iets geschreven over de Paulownia. Bij het bezoek aan de Japanse tuin met Maureen. Deze boom is genoemd naar Anna Paulowna Romanov, dochter van Tsaar Paul I. In 1816 huwde ze de Nederlandse Koning Willem II. Zij had een voorkeur voor bijzondere bomen en heesters en zorgde ervoor dat deze in de tuinen van paleizen aangeplant werden.
Deze boom stond ook in de Japanse tuin waar ik was geweest met Maureen. Paulownia heeft veel warmte nodig om goed te bloeien en te groeien. Door de winterkou en nachtvorst in het vroege voorjaar kunnen de bloemknoppen bevriezen. Vooral jonge bomen zijn gevoelig voor vorstschade. Oudere bomen zijn winterhard. Intussen na alle vorst – zo winterhard.
Simone komt uit Anna Paulowna. Ik vind het zo bizar dat ik iets over deze boom heb geschreven. Over de dochter van een tsaar die probeerde hier een leven op te bouwen. Over Anna Paulowna. Terwijl ik geen idee had. Waar het lag – waar zij toen was. Dat zij bestemd was voor mij – ik voor haar.
Mijn Simone – die ook veel warmte nodig heeft om goed te bloeien en te groeien. Als ze met haar ijspegels tegen mij aan hangt. Haar benen – haar voeten tegen mij aan legt en alles wat mijn mannelijk lijf definieert zich terugtrekt.
Of niet, ik haar kan opwarmen.