Strepen of inkervingen maken. De kleuter kraste maar wat met haar potlood in het schrift en de ouders dachten dat het mooie figuren waren. Een raspend geluid maken. Het kraai krast, je kunt dat geluid echt niet zingen noemen.
Deze dagen gaan als krassen voorbij – krassen als er wederom ouders wegblijven bij een verjaardag van je kind. Dit keer niet zonder het te laten weten – of te laten weten dat ze het niet willen, maar omdat de oudste zegt dat we geen moeite hoeven te doen. Onze uitnodiging uit blijft aan onze kant. We hem gelijk geven aan het eind van alle illusies, maar wel als krassen in mij huid.
Als iemand mij dit vorig jaar had gezegd – voorspeld. Had ik hem voor gek verklaard. Als schrijven een therapie is, hebben anderen het beter gedaan dan ik – ik met dit gekeuvel. Ik heb brieven waarin mij verzocht wordt te zwijgen – te lezen en ondergaan. En dan je mond te houden. Vlak na een hele berg onzin. Een richting verkeer – als een kras die je niet meer uit kunt gummen. Krassen op papier meer is het niet.
Verjaardagen – Sinterklaas en dan nog Kerst. Het zijn dagen dat je weet waar je was – het jaar ervoor. Het geeft niet – niet echt. Wij zijn achteruit kijkers. Hoe ouder je wordt hoe erger – verleden met krassen. Krassen die je ziet – wilt uitgummen. Slechts zichtbaar op bepaalde plekken. Vertekend – vervormd, mooier of veel lelijker dan de ander het ziet – het zag.
Maureen is niet perfect. Ik heb het ontdekt. Op de bank met de brief van Gent. Ook in bed. Op haar arm. Het was me niet eerder opgevallen. Alsof het vandaag pas tevoorschijn was gekomen. Het steekt af tegen de rest van haar lichaam. Ik ken elk plekje nu. Ik doe dat. Ik wandel met mijn vingers over haar rug. Langs haar nek en arm en daar is het. Drie perfect rechte strepen. Krassen. Nee, dieper, snijwerk. Als in hout. Machinaal recht. Veroorzaakt. Gedaan. Aangebracht. Genezen maar te diep. Te diep voor goede reparatie.
Simone heeft het ook die krassen – krassen van heel lang geleden. Van toen ze er niets over kon zeggen – toen niemand wilde luisteren. Elk woord in haar keel bleef steken. Ik ken dat gevoel – dat gevoel van krassen en woorden die blijven hangen – ik zit er midden in. Ik dacht dat het een beetje over was, maar ze krassen gewoon door.