Soms denkt men bij een knapzak aan een doek die aan de punten is bevestigd aan een stok of een staf. De reiziger draagt de stok over zijn schouder. Het is de gebruikelijke manier om de armoedige bagage van een zwerver uit te beelden. Een dergelijke zak kan echter van alles bevatten en hoeft dus geen knapzak te zijn. De doek van Douwe Dabbert – is daarvan een voorbeeld.
Maureen heeft volop Tupperware. Kleine bakjes – grote bakjes. Het gaat allemaal in haar knapzak. Maureen heeft het altijd over haar pukje of pukkel. Natuurlijk – want knapzak was niet het woord dat ze wilde horen. Ze was geen zwerver. Toch, knapzak was het beste woord dat duidelijk maakte wat het was. Het was erg knap dat alles in die zak paste.
Zo als haar enorme koptelefoon met haar walkman. Haar Tupperware met druiven – broodjes, Turks fruit – een thermosfles met thee of een metalen leger fles met cola en rum. Een zakmes – boek en een boekje met dingen die je wilde opschrijven – onthouden. Ik was altijd in de war als ik de orde van haar tas vergeleek met de muziek van haar walkman.
Reagan Youth is een Amerikaanse punk rock band rondom zanger Dave Rubinstein (Dave Insurgent) en gitarist Paul Bakija (Paul Cripple) uit Queens, New York in begin 1980. Deel van de anarchisme -punk beweging, de band leden waren actieve politieke anarchisten. Hun naam bekritiseerde de toen nog te benoemen en “front runner” Ronald Reagan. Met een verwijzing naar de “Hitler Youth” die trouw zweerde aan het Nazi regime tijdens de 2de wereld oorlog.
Maureen had een bandje in haar walkman van Reagan Youth. Ik had haar enorme koptelefoon opgezet bij gebrek aan handen. Haar walkman stond nog aan toen ik ging zitten. Ik klampte mezelf aan haar vast toen we door de stad sjeesde. Het liefst altijd met twee armen. Intussen volgde korte nummers zich in een hoog tempo op. Elke keer als ik dacht: “Huh?” was het al weer voorbij. Ik begreep ineens waarom ze altijd in zo’n hoog tempo fietste.
“Vind je dit leuk?”, schreeuwde ik. Tussen het geschreeuw van Dave Rubinstein. “Het is wel aardig.”, hoorde ik in de verte. We reden naar het Vondelpark. Op een kleedje stalde ze al haar Tupperware uit. “Ik heb kiwi mee!”, zei ze.
Ik begon te zingen: “And the word was given – And Babylon was destined to fall – So hear the world and remember now…
Ending Is Better Than Mending – Ending Is Better Than Mending – Ending Is Better Than Mending,”
“Waar is dat van?”, zei Maureen. “Huh, dat is van jouw bandje, joh.”, zei ik. “Owh”, zie ze. “Grappig – ik versta er nooit ene reet van.”