De Franse beeldhouwer Auguste Rodin (1840-1917) werd geboren op 12 November 1840 in Parijs. Hij studeerde aan de staatsschool voor kunst en ambacht, Petite Ecole, maar werd drie keer afgewezen voor de kunstacademie van Parijs. De Kus is het meest bekende beeld van Rodin. Hij maakte het in 1886 en het werd voor het eerst tentoongesteld in 1898. Twee geliefden zijn versmolten in een oneindige omhelzing. De zachte vloeiende vormen van de geliefden contrasteren sterk met het blok ruw gebeitelde marmer waarop zij zitten een symbool van hun aardgebondenheid.
Nienke heeft het zoenen zich al aardig eigen gemaakt. Ze zet voordat ze begint zorgvuldig haar neus op de mijne en draait dan haar gezicht naar rechts. “Links werkt niet.”, zeg ze – daar is ze dus al achter. Het werkt ook beter als een van de twee een bril afzet. De voorkeur gaat uit naar mij – omdat Nienke echt geen steek meer ziet zonder bril.
“Wist je dat Rodin iemand was die bij voorkeur op kleine schaal werkte? Dat hij het liefste met zijn handen in de klei zat en studies maakte van mensen in beweging?” Maureen zit in kleermaker zit met een boek op schoot. Ik heb zojuist een beeld aangewezen dat ik het mooiste vind. Het is ‘De Kus’. “En heb je er ooit bij stilgestaan dat Rodin een groot atelier voerde en een slimme ondernemer was? Zeker geen eenzame kunstenaar verstoken van sociale contacten, wachtend op inspiratie. ‘De Kus’ heeft Rodin niet zelf gehakt hoor.”, zegt Maureen. “Hij had medewerkers in dienst die hakte, schuurde en polijstte. Rodin verkocht meer dan 600 exemplaren van ‘De Kus’.” Ik draai mijn hoofd naar rechts en probeer het beeld na te doen. “Luister je wel”, zegt ze. “Jawel, ik wil zo’n kus.”, zeg ik.
Nienke ligt naast mij met een boek. Haar bril zit op het puntje van haar neus. We kunnen niet vrijen. Nienke wil het niet. Haar broertje ligt in de kamer ernaast. Ik heb hem niet gezien, maar we hoorde hem kruipend de trap opgaan. Hij stommelde zijn kamer in. Nienke is even wezen kijken. “Gaat het?” hoorde ik haar zeggen. “Ohw heb ik je wakker gemaakt. Ja het gaat.”, hoorde ik als antwoord. “Ik heb haar gezoend.”, zegt hij dan. “Mooi zo.”, zegt Nienke. “Welterusten.”
Nienke kruipt weer het bed in. Het past net. Ze draait haar hoofd en geeft mij een kus. Ze heeft het al goed geleerd.