In de biologie beschouwt men het lichaam van een organisme als het geheel dat uit eigen lichaamscellen is opgebouwd. Deze cellen hebben een voor elk organisme uniek DNA. In de natuurkunde is een lichaam een materieel voorwerp of object, dat niet altijd on-vervormbaar of star hoeft te zijn. Lichamen kunnen een mechanische kracht uitoefenen op andere lichamen. Met lichamen kun je elkaar verleiden, door lichaamstaal, geur en houding. Een lichaam is niet gemaakt om vanaf te blijven, maar dat mag je alleen doen als het van jezelf is of van een ander mag.
Het was al weer een tijdje terug dat ik een nieuw lichaam in mijn bed had gelegen. Ik wakker werd met iemand die ik nog echt moest leren kennen. Het blijft bijzonder, samen wakker worden. Gelukkig was ik die nacht alert genoeg geweest om te vragen of het wel veilig was wat we deelden. Het was op een moment dat wij elkaar lieten gaan en wij totaal niet dachten aan praktische zaken. Ik had haar wel de sleutel gegeven, maar was verder suf genoeg onvoorbereid. Ik had al zo lang gevreeën met een meisje dat al jaren de pil slikte.
Hoewel je wel voorbereid moet zijn en altijd verantwoordelijk bent voor wat kan gebeuren – wekt het ook de indruk dat je al van alles verwacht. Ik had het oprecht prima gevonden als Ruth mij ergens had tegen gehouden. Ze lag in mijn bed en daar was ik al zo van onder de indruk. Ruth was niet aan de pil, maar ze hield ook niets tegen. Het is hoe het gaat in de natuur. Je trapt er bijna in. Je laat je verleiden. Rationeel kun je van alles bedenken, maar op het moment gaat dat allemaal overboord.
Marinda was ‘over tijd’, normaal kon je de klok gelijkzetten op haar cyclus. We paste op een huis in Amsterdam. Het was voor het eerst dat ik geconfronteerd werd met een mogelijk vaderschap. Ik vond het prima als dat zo was. Het was alleen voor Marinda niet helemaal de bedoeling. We zaten in een spoed post in Amsterdam eindeloos te wachten toen Marinda ineens opstond en zei: “Laat maar zitten. Ik moet even naar het toilet.” We hebben daarna maar alle alcohol in huis opgedronken. Om het leven te vieren.
Even omschakelen was het met Ruth. Ik moest mij beheersen. Mannen moeten zich altijd beheersen.
Ik droomde van een landschap. Blank als sneeuw maar warm als huid. Ik moest het in kaart brengen alles dat zij was. De weg vinden tussen nieuwe locaties, oordelen wat het mooiste was. Neusvleugels die opkrulde naar een puntje. Kort zwart opgeknipt haar – met weerstand als ik er tegen in streek. Naar streken verhuld in pluizig bond. Zonder schaamte bij mij als een nieuw territorium – vruchtbaar gevaarlijk – bij twee in een. Toen het nieuwe begon en het andere verdween.
“Goedemorgen.”, zegt ze terwijl ze naar mij toe kruipt. “Goedemorgen”, antwoord ik. “Dit moet wel anders volgende keer.” zeg ik. “Ja?”, vraagt ze. “Ja, dat denk Ik wel.”, zeg ik. “We waren toch op tijd?”, zegt ze. “Het scheelde weinig”, zeg ik. Terwijl ik de deken wegsla en kijken naar haar blanke huid. “Jij bent veel te verleidelijk”, zeg ik.
“Mooi zo”, zegt ze.